Sandra Ronde in een broeikas.
  • Agri&Food
  • Innoveren
  • Business Innovation Program Food

Voedselverniewers op scherp door leertraject – De Streekboer

Sandra Ronde bouwt al sinds 2015 aan haar Streekboer-concept, vanuit een missie om de lokale voedselketen in Noord-Nederland rendabel te maken. ‘Het gaat me veel te traag’, zegt de bevlogen ondernemer. ‘Omdat we meer impact willen maken, heb ik meegedaan aan het Business Innovation Program Food.’

‘En het bleek goed om even uit mijn eigen bubbel te stappen. Ik begon eraan met het idee te leren hoe we nieuwe klantgroepen kunnen aanspreken. Er was al vaker tegen me gezegd dat we meer aan marketing moeten doen. Maar ik ontdekte in het BIPF-traject dat we onze bestaande klantenkring veel actiever kunnen benutten in het groeiproces.’

De juiste vragen stellen

Gemiddeld bestellen zo’n zeshonderd betrokken klanten uit Friesland, Groningen en Drenthe wekelijks streekproducten. ‘Richting toekomst denken we veel groter’, benadrukt Sandra. ‘Ons doel is om lokaal voedsel voor iedereen in Noord-Nederland toegankelijk te maken. Om daar te komen, moeten we beter gebruikmaken van een waardevolle informatiebron: onze huidige klanten. Belangrijke basis in het BIPF was een gedegen klantonderzoek. Ik leerde vooral de juiste vragen te stellen. Want mensen reageren vaak positief op ons sympathieke concept, maar dat zegt niks over het koopgedrag in de praktijk. Dáár moet je op doorvragen en dat heb ik nu gedaan.’

Sandra ontdekte hoe mensen hun boodschappen doen, welke praktische overwegingen een rol spelen, welke belemmeringen er zijn en waarom ze soms toch weer afhaken bij Streekboer. ‘Ik heb nu meer inzicht in de aankoopmotieven’, vertelt ze. ‘Interessant is ook dat op het platteland de behoefte aan ons concept groter is, omdat het aanbod daar minder groot is dan in de steden. Fijn vond ik de bevestiging dat de lokale factor doorslaggevend is om bij ons te bestellen. Mensen hebben meer vertrouwen in voedsel uit de eigen regio. Toch zijn ook gemak en gewoonte belangrijke factoren. Daar kunnen we op inspelen door ons bestelproces te optimaliseren en de mogelijkheden voor ophalen en bezorgen verder uit te breiden.’

Streekboer-ambassadeurs

‘De bedrijfsscan van het BIPF was ook waardevol: in welke fase zit Streekboer en welke activiteiten horen daar bij? Zo ontdekte ik dat we meer uit bestaande klanten kunnen halen, in plaats van te richten op nieuwe doelgroepen. Als mensen bijvoorbeeld wisselend bij ons kopen, is de uitdaging om hen te motiveren om vaker te bestellen. Iets eenvoudigs als een herinneringsmail blijkt al te werken. Wij gaan onze systemen daar nu beter op inrichten en het aankoopgedrag van klanten monitoren. Want het innovatieprogramma deed me ook inzien dat zij ons kunnen helpen om een volgende schil te bereiken. Door ambassadeur te zijn voor Streekboer en binnen de eigen omgeving nieuwe klanten aan te dragen. Aan ons de taak om hen op een passende manier te prikkelen.’

Volgens Sandra is de Streekboer-nieuwsbrief daarvoor het sterkste kanaal. ‘Verder organiseren we vaker activiteiten met en bij boeren, want praktijkervaringen zijn effectief. Door te blijven vertellen waarom we doen wat we doen, nemen we mensen mee in ons verhaal. Ook als zij Streekboer al kennen. Dat onze huidige klantenkring een goed uitgangspunt is voor verbetering en groei, is het beste inzicht dat ik opdeed door het BIPF-traject. Het geeft me rust en focus. Bovendien blijf ik gemotiveerd door onze blije klanten, de boeren en andere samenwerkingspartners. We weten allemaal waar we het voor doen: eerlijk en voedend voedsel uit de regio. Elke keer als ik thuiskom met een krat vol streekproducten voor mijn eigen gezin, besef ik: dit gun ik iedereen.’

Marktvalidatie is kern van Business Innovation Program Food

Een groeiend aantal startups en mkb’ers hebben krachtige ideeën om een bijdrage te leveren aan de voedseltransitie. Toch is de faalkans in voedselvernieuwing nog extreem hoog: maar liefst 95 procent krijgt geen gezonde businesscase van de grond. Als het om ons eten gaat, veranderen we blijkbaar niet zo makkelijk. Of zijn ondernemers onvoldoende bezig met de behoefte van klanten?

Precies dat – de behoefte van klanten checken – blijkt een kansrijk verbeterpunt. ‘Marktvalidatie, marktvalidatie en nog eens marktvalidatie’, benadrukt Joep de Vries, die zich vanuit de NOM bezighoudt met het ontwikkelen van Noord-Nederlandse ecosystemen binnen de agrifoodsector. ‘De valkuil van veel voedselvernieuwers is dat ze de verkeerde vragen stellen. Door het enthousiasme over hun idee missen ze belangrijke informatie over de markt: welke behoeften en problemen leven daar? Hoe bied jij met jouw product een oplossing? Bij het Business Innovation Program Food (BIPF) leren deelnemers in de eerste plaats om gedegen markt- en klantonderzoek te doen.

’Naast de bewustwording van wat er werkelijk leeft bij klanten, besteedt het BIPF aandacht aan de levensfase van het bedrijf: waar sta je nu en welke acties passen daarbij? ‘We checken op vijf cruciale domeinen: product, markt, businessmodel, team en financiering’, legt Joep uit. ‘Als je te veel tijd, energie en geld besteedt aan acties die niet bij het momentum passen, dan groei je scheef in je processen en ben je – in het beste geval – veel langer onderweg. In dit traject leren we deelnemers om te focussen en zo effectief mogelijk aan de slag te gaan.’