Visual die Entrepreneurship,Launch,Rocket,Start,Flying,Up,And,Network,Line,Connection uitbeeldt
  • Investeren

Startups in de vroege fase zijn de liefde van vertrekkend NOM Investment Manager Ytsen van der Meer

Na zes jaar zegt Ytsen van der Meer de NOM vaarwel. Althans: hij verandert van werkgever, maar de lijntjes met het Noord-Nederlandse ecosysteem voor startups blijft warm. ,,Ik kijk ernaar uit om met de NOM samen te gaan werken.’’

Dat is een rare uitspraak als je er nu nog vol onderdeel van bent. Maar deze zomer verandert dat. Investment manager van de NOM Ytsen van der Meer, vertrekt naar een internationaal investeringsfonds dat zich vooral richt op zogeheten early stage deeptech. En dat is een voor de hand liggend vervolg van zijn loopbaan, welbeschouwd.

,,De afgelopen jaren ben ik me meer en meer gaan bezighouden met tech en deeptech. Ik vind het intellectuele stuk daarvan heel tof en ook het idee dat het financieel rendement én de impact groot zijn, als zo’n startup slaagt.’’

En er is nog iets wat hem aanspreekt: de samenwerking met venture capital. ,,Op die manier kun je veelbelovende innovaties en startups direct beter helpen. Met meer middelen, meer expertise en een groter netwerk. En zo vergroot je de kansen meteen. Mijn toekomst ligt bij een fonds dat één van de weinige is die in de écht vroege fase van deeptech-hardware in Nederland investeren. Dat spreekt me aan.’’

Reyedar en Sencure

Van der Meer was betrokken bij de verwerving van twee mooie deals namens de NOM, in samenwerking met zijn nieuwe werkgever, twee medtech-startups die met deeptech in de weer zijn. Het Groningse Reyedar ontwikkelt een speciale bril om aandoeningen als glaucoom en Parkinson tijdig te signaleren. Sencure in Roden maakt chip-technologie voor draagbare medische applicaties.

Die deals zijn een paar van de mooie resultaten die Van der Meer de afgelopen zes jaar boekte. Of eigenlijk vooral afgelopen vier jaar, sinds hij Investment Manager is. Hij kwam binnen als Investment Analist. ,,Een mooie periode, waarin ik het hele landschap heb leren kennen. Ik analyseerde bedrijven, markten en ondernemersteams. Heel leerzaam en behulpzaam in het werk dat ik nu en straks doe.’’

Die écht vroege fase van een bedrijf. Daar gaat zijn hart sneller van kloppen. Hij denkt graag mee, wordt graag vroeg betrokken. ,,Ik ben ervan overtuigd dat er allerlei pareltjes zijn die nooit tot wasdom komen omdat we er niet op tijd bij zijn. Wat we regelmatig tegenkomen, is dat founders heel slimme ideeën hebben, maar behoefte hebben aan iemand die weet hoe je een product valideert en op de markt brengt. En dat is precies waar wij komen kijken. Daar kunnen we bij helpen. Dat is waar de NOM voor is, vind ik.’’

Dat is in de afgelopen jaren steeds meer zo geworden, merkt Van der Meer. ,,We hebben een betere focus gekregen. Ik denk dat de route die Dina en Anne-Wil hebben ingezet, een heel belangrijke is. De sectorbenadering helpt op veel fronten. De sectorteams werken gefocust aan hun eigen ecosysteem en kijken bijvoorbeeld ook naar andere fondsen. We vergroten zo eigenlijk de menukaart voor ondernemers, we kunnen ze op meer manieren helpen. Dat werkt.’’

Je moet elkaar opzoeken

Vooral ook omdat binnen die sectoren wordt samengewerkt, zonder dat het een directe uitwisseling van belangen is. Van der Meer: ,,Zes jaar gelden zag je meer partijen die allemaal hun eigen belangen hadden. Het landschap is wat dat betreft veranderd. Organisaties helpen elkaar en daarmee het ecosysteem, wat voor iedereen goed is. Dat de ‘Foundeds’ de krachten bundelen, is wat dat betreft een goed voorbeeld. Het besef is doorgedrongen dat iedereen dezelfde belangen heeft. Heel mooi om te zien, en een goede ontwikkeling voor startups.’’

Een andere ontwikkeling van de afgelopen jaren is dat de NOM niet alleen investeert in bedrijven, maar ook in fondsen. ,,Dat is een goed idee, omdat je zo meer massa creëert en meer goede innovaties en startups kansen geeft. We doen het niet alleen, we werken samen. Zes jaar gelden gebeurde het zelden of nooit, dat wij als NOM samen met een venture capitalfonds in een startup investeerden.’’

,,Nu gebeurt dat regelmatig. Samen met anderen heb je gewoon meer oren en ogen. Ik spreek tegenwoordig heel veel met zulke fondsen om te bespreken welke mooie startups meer aandacht verdienen. Die contacten zijn een goede manier om er bovenop te blijven zitten. En dat is ook precies wat ik hoop achter te laten als ik straks weg ben: die mindset dat je elkaar moet opzoeken en moet laten zien wat er speelt en welke startups kansrijk zijn.’’

In zijn nieuwe rol kan hij daar een steentje aan bij blijven dragen. ,,Nou en of. Kansrijke startups wil ik natuurlijk ook zelf helpen, maar ik wil de lijnen met de NOM open houden. Soms is het een heel goed idee om samen een deal te sluiten, soms is een startup beter af bij de één of de ander. Dat moet bespreekbaar blijven, want dat is in het belang van de founders en van het hele ecosysteem. Ik blijf gewoon in Groningen wonen, dus zo behoud ik mijn netwerken in het Noorden ook.’’