Het hoe en waarom van internationaliseren bij de NOM
  • Internationaliseren

Het hoe en waarom van internationaliseren bij de NOM

Naast innoveren en investeren is internationaliseren één van de kerntaken van de NOM. Maar hoe gaat dat internationaliseren nu precies in zijn werk? Om die vraag, en meer, te beantwoorden organiseerde de NOM onlangs een webinar. In een onderhoudend tweegesprek gaven Wim A,B. en Gerard Lenstra, beiden projectmanager Internationaliseren bij de NOM, een helder inzicht in het hoe en waarom van hun werkzaamheden.

Internationaliseren is volgens Wim wellicht het minst zichtbare onderdeel van de NOM. Simpelweg omdat het werk zich deels in het buitenland afspeelt en er relatief weinig over de activiteiten in de media verschijnt. Vandaar dat hij Gerard vraagt om eens uit te leggen wat internationaliseren in grote lijnen behelst. ‘Wij proberen buitenlandse bedrijven te verleiden om zich in Nederland te vestigen’, vertelt Gerard. ‘En dan bij voorkeur natuurlijk in Noord-Nederland. Dat doen we onder meer door te kijken naar de netwerken waarin bedrijven met een vestigingswens zich bevinden. Tegelijkertijd staan we in nauw contact met locatiekeuze-adviesbureaus die bedrijven adviseren over de best mogelijke bedrijfslocaties in Europa.’

Storytelling

Storytelling blijkt een krachtig hulpmiddel om buitenlandse bedrijven bewust te maken van de kansen en mogelijkheden die zich in Noord-Nederland voordoen. Goed doortimmerde verhalen dus, die de economische sterktes en de ambities van de regio overtuigend onder de aandacht brengen. Want ja, als je overweegt om je ergens te gaan vestigen wil je op z’n minst weten wat die plek jou te bieden heeft. Aan ambities in het Noorden in elk geval geen gebrek. Aan economisch sterke sectoren evenmin. Denk aan de ontwikkelingen rondom energietransitie, groene chemie, agrifood, ICT en life sciences en gezondheid. ‘Vandaar dat we ons vooral op die specifieke sectoren richten’, onderstreept Gerard.

Invest in Holland

Om internationale ondernemers en investeerders een goed beeld te geven van de kracht van de regio is het team Internationaliseren op verschillende plekken te vinden. Op social media bijvoorbeeld, zoals via de imagocampagne TopDutch waarin alle proposities zijn verpakt in aansprekende uitingen. Maar ook op beurzen en congressen probeert de NOM bedrijven te enthousiasmeren. Regelmatig gebeurt dat onder de noemer Invest in Holland, een samenwerkingsverband tussen alle regionale ontwikkelingsmaatschappijen. Samen richten ze zich in eerste instantie op het promoten van Nederland als potentieel vestigingsland. Want daar begint het natuurlijk mee. Als de interesse eenmaal is gewekt, verlegt de NOM al vroeg de focus naar het Noorden.

‘Uiteindelijk zijn wij er om het beste resultaat te behalen voor zowel het betreffende bedrijf als de gemeente en de provincie’

Waarom de NOM?

Dan de hamvraag: Waarom zou een bedrijf dat de intentie uitspreekt om zich hier te vestigen de NOM inschakelen? En waarom zouden gemeentes en provincies dat eveneens moeten doen? ‘Wij kennen de regio ontzettend goed’, zegt Gerard gedecideerd. ‘Wij kennen de plussen en minnen, weten waar de beste bedrijfslocaties zijn en waar bedrijven rekening mee moeten houden als ze naar het Noorden komen. Wij nemen hen, kortom, een hoop werk uit handen. Tegelijkertijd kunnen we provincies en gemeentes goed uitleggen wat een geïnteresseerd bedrijf doet en zoekt. En omgekeerd kunnen we bedrijven weer helder aangeven hoe de wet- en regelgeving hier in elkaar steekt.’

Inderdaad, de NOM fungeert vaak als buffer tussen de overheden en het bedrijfsleven. ‘Uiteindelijk zijn wij er om het beste resultaat te behalen voor zowel het betreffende bedrijf als de gemeente en de provincie’, verduidelijkt Wim. ‘Niettemin voelen we ons het meest betrokken bij de vraag van het bedrijf. Dat heeft alles te maken met de doelstelling van de NOM: het versterken van de regionale economie.’

Dynamisch werk, dat internationaliseren, zoveel is duidelijk. Maar Wim en Gerard benadrukken dat ze het natuurlijk niet alleen doen. Het team Internationaliseren bestaat uit een hechte groep mensen die het werk op basis van hun eigen specifieke kennis, ervaring en netwerk over de verschillende sectoren en thema’s verdeelt. En dus wordt elk bedrijf op de best mogelijke manier bediend.

Goed gevoel

Tot zover is de rol van het team Internationaliseren helder. Tijd om iets concreter te worden. Want stel dat een bedrijf oprecht geïnteresseerd is, hoe verloop dan zo’n traject? Gerard: ‘Allereerst proberen we te achterhalen wat een bedrijf nu écht zoekt en nodig heeft. Nadat we die informatie hebben gebundeld en geanalyseerd maken we een bidbook, waarin we alle kansen en mogelijkheden voor het betreffende bedrijf nauwgezet beschrijven. Als het bedrijf dan nog steeds enthousiast is, adviseren we om factfinding te doen. Om ter plekke met relevante partijen te praten en te zien en te ervaren wat de regio te bieden heeft. Je kunt bedrijven overvoeren met informatie en details, maar waar het vooral om gaat is dat ze met een goed gevoel naar huis gaan.’

En als bedrijven zich hier eenmaal gevestigd hebben, zit het werk er dan op? Nee, dat blijkt geenszins het geval. Sterker nog, de NOM is er alles aan gelegen om het contact juist te onderhouden. Om er zo voor te zorgen dat ze op een goede manier inbedden in het ecosysteem en zich hier snel thuis voelen. Maar ook om al in een vroeg stadium op te hoogte te zijn van bijvoorbeeld uitbreidingsplannen. Vanzelfsprekend wil de NOM ook in dat geval graag bijdragen om de keuze wederom op Noord-Nederland te laten vallen.

Kansen voor het bestaande MKB

Ook voor de al in het Noorden gevestigde bedrijven levert het aantrekken van internationals kansen op. logisch, want die nieuwe bedrijven gaan immers op zoek naar toeleveranciers en partijen voor bijvoorbeeld het verwerken van hun reststromen. ‘Bovendien brengt zo’n nieuwe club niet zelden nieuwe technologie en nieuwe kennis naar de regio, waar de hele keten iets aan heeft’, weet Wim. ‘Daarnaast zijn ze vaak op zoek naar samenwerkingsverbanden. Die crossovers en synergieën proberen wij uiteraard zo mogelijk goed uit te nutten, zodat ook het bestaande MKB daar uiteindelijk profijt van heeft.’